Op vrijdag 5 april werden personeelsleden van De Lijn geconfronteerd met twee gevallen van agressie. Volgens de vakbonden is er al geruime tijd een opmerkelijke stijging van het aantal meldingen van agressie in de stad. Die stijging is dan ook terug te vinden in de cijfers van de politie.
Op 7 mei zouden de vakbonden samenzitten met de burgemeester om te kijken hoe de golf van agressie kan worden aangepakt.
Gemeenteraadslid Stijn De Roo (cd&v) stelde burgemeester De Clercq (Open VLD) volgende vragen:
- Gaat dit overleg door op 7 mei of wordt het vervroegd? Wie is er allemaal betrokken in dit gesprek?
- Op welke manieren wordt er vandaag al samengewerkt tussen de stadsdiensten, de Politie en De Lijn op vlak van verbaal en fysiek geweld op het openbaar vervoer?
Het antwoord van de burgemeester: “Inderdaad heel concreet vernam ik via de pers de drieste incidenten waarmee het personeel van De Lijn net voor het weekend van 6 april werd geconfronteerd.
Hierop heb ik een reeds initieel op 7 mei gepland overleg met de vakbonden vervroegd, en zaten we op woensdag 10 april samen met onze lokale politie en de teamverantwoordelijke van de gemeenschapswachten en de drie respectievelijke vakbonden bij de Lijn.
Het was een constructief overleg, waar ik in eerste instantie goed heb geluisterd naar de grieven van de afgevaardigden. We waren het er over eens dat er een maatschappelijke tendens waargenomen wordt waar het respect voor het uniform is afgenomen bij de bevolking, dat de vele hervormingen bij De Lijn een impact hebben op de dagelijkse veiligheid van de chauffeurs en controleurs, en dat sommige vormen van sociale controle de laatste jaren is gedaald.
We mogen niet vergeten dat de laatste jaren het aantal controleurs voor Gent en omstreken is gehalveerd en hun werkgebied groter is geworden, wat er noodgedwongen voor zorgt dat er minder controles zijn. Daarnaast wordt het verdwijnen van bemande controleposten ervaren als een van de elementen die voor een verhoogd onveiligheidsgevoel bij het personeel heeft geleid.
De vakbonden hadden een aantal concrete vragen omtrent het uitblijven van de uitrol van de afgesloten stuurposten en de mogelijkheid voor controleurs tot het dragen van een bodycam. Dit valt niet onder mijn bevoegdheid, maar ik heb brieven laten opmaken naar de betrokken ministers, respectievelijk minister Peeters en minister Verlinden welke de deur uitgaan, om hun vragen op die manier mee te ondersteunen.
Op lokaal vlak hebben we de gemeenschapswachten met lijnopdrachten die de chauffeurs, begeleiders en controleurs ondersteunen tijdens hun controle op de voertuigen. Zij controleren de reizigers niet op vervoersbewijzen, maar wel op specifiek gedrag, zoals bijvoorbeeld voeten op de bank, te luide muziek of telefoon, eten op de voertuigen, storend gedrag naar medereizigers, …
Hierop spreken zij geregeld reizigers aan. Als een reiziger te ver over de schreef gaat, blijft het de beslissing van de chauffeur om de reiziger al dan niet op “zijn voertuig” te laten mee rijden.
Bij agressie naar andere reizigers, chauffeurs en begeleiders nemen de gemeenschapswachten een ondersteunende rol aan. Zij zullen hierin tussenkomen indien nodig, dispatch oproepen of politie bellen bij escalatie. Incidenten worden doorgegeven via hun meldingsapp, zodat de bevoegde personen bij De Lijn voor de nodige opvolging kunnen zorgen.
Vaak ventileren chauffeurs de dagen nadien ook bij onze gemeenschapswachten over de gebeurde feiten. Dit zowel op de voertuigen als in de accommodatie van De Lijn.
De gemeenschapswachten worden ingezet volgens de afspraken van het convenant met De Lijn. Voor die inzet wordt rekening gehouden met prioritaire lijnen, vaak gekoppeld aan prioritaire wijken. De planning kan flexibel worden aangepast volgens de noden op het terrein.
De rol van de lokale politie is het “verlenen van de sterke arm” bij controleurs van De Lijn. Het laatste overleg om zulke acties te ondersteunen, dateert van 26 maart. Tijdens dat overleg werden de nodige afspraken gemaakt om de acties te gaan verfijnen en te verdiepen. Er worden voor die acties 4 à 8 personeelsleden in uniform ingezet à rato van 2 keer per maand. De acties worden door de politie vooraf niet gecommuniceerd of aangekondigd.
Los van deze specifieke acties zijn op –en afstapplaatsen van bussen bevoorrechte locaties tijdens de patrouilles van de wijkpolitie en van de jeugdinspecteurs en jeugdrechercheurs. Deze laatste werken niet in uniform, en zijn minder zichtbaar voor het grote publiek maar wel noodzakelijk om hun doelstelling op het terrein zo goed mogelijk te kunnen volbrengen.
De voorbije jaren werd ook extra ingezet op de lijnen van en naar de Blaarmeersen. Op dagen waar het druk is, kunnen de chauffeurs rekenen op extra ondersteuning van de politie, aan zowel de bushaltes als van een patrouillevoertuig dat meerijdt met de bussen.
Uiteraard kan informatie doorgegeven worden over lijnen waar veel problemen op zijn of die extra aandacht vragen zodat de politie gerichter kan optreden. De politie garandeert te blijven investeren in zichtbare acties, in samenwerking met De Lijn.
Ik heb met de vakbonden afgesproken om een vervolgoverleg te hebben voor de zomer, om de situatie te evalueren en indien nodig bij te sturen. We hebben snel ingespeeld op de vraag van de vakbonden, we zijn als lokale overheid beperkt, maar zelfs binnen die beperktheid doen we het maximale (met de politie die extra zal patrouilleren en extra zichtbare controles zal uitvoeren, met de doorgedreven inzet van onze gemeenschapswachten).
Dus m.b.t. het gesprek kan ik meegeven dat het gesprek goed is verlopen, ik heb goed geluisterd, Ik heb veel begrip voor het personeel van De Lijn en veroordeelt het geweld ten sterkste.
Ik heb duidelijk gemaakt dat hij een partner is van de vakbonden tegen het geweld.
Ik onderschrijf de vraag van de vakbonden voor de uitrol van afgesloten bestuurderscabines en het gebruik van bodycams. Ik heb beide bevoegde ministers hierover gevat.
De politie zal extra patrouilleren en extra zichtbare controles doen op het openbaar vervoer samen met lijncontroleurs.
Ik heb voorgesteld om nog voor de zomer een vervolgoverleg te houden.”
Stijn De Roo: “We hechten veel waarde aan respect voor de medemens en de ondersteunende rol die de gemeenschapswachten bieden aan de chauffeurs. Overlegmomenten met alle actoren op het terrein zijn noodzakelijk om de veiligheid van het openbaar vervoer te garanderen.”
De volledige tussenkomst van Stijn kan je (her)bekijken via deze link.