In een recent rapport naar de opvang van slachtoffers van intrafamiliaal geweld (IFG), uitgevoerd door het Comité P, bleek duidelijk dat de rol van wijkagenten in de opvang van slachtoffers van intrafamiliaal geweld nog beter kan worden uitgespeeld aangezien zij een strategische positie onder de bevolking innemen.
Daarbij is een integrale en geïntegreerde aanpak op vlak van onthaal en bejegening van slachtoffers IFG van cruciaal belang. Goede voorbeelden van een integrale aanpak zijn het ZSG en Family Justice Centers (FJC). In 2020 nam de gemeenteraad nog unaniem een voorstel tot raadsbesluit aan rond Family Justice Centers.
Fractievoorzitter Stijn De Roo stelde hierover tijdens de gemeenteraadscommissie van 14 februari enkele vragen aan burgemeeester De Clercq:
- Op welke manier worden wijkagenten momenteel ingezet in kader van IFG? Krijgen ze hier een bepaalde opleiding voor? Graag wat meer uitleg.
- Welke initiatieven plant de politie Gent om slachtoffers te overtuigen sneller de stap naar hulpverlening te zetten?
- Wat is de stand van zaken voor de oprichting van een Family Justice Center in Gent?
De burgemeester antwoordde:
"Intrafamiliaal geweld (IFG) is een maatschappelijk probleem waar al jaren op wordt ingezet. Zowel door politie, door de Dienst Preventie voor Veiligheid als door hulpverlening en sociale partners. We moeten jammer genoeg vaststellen dat het fenomeen nog te vaak voorkomt en de aanpak ervan blijvend een prioriteit moet blijven.
Met betrekking tot de aanbevelingen van het Comité P moet men weten dat de Politiezone Gent de op een na grootste politiezone in Vlaanderen is. Het is niet onbelangrijk te beseffen dat de werking van een grote zone grote verschillen vertoont met de werking van een kleine of kleinere politiezone. De aanbevelingen moeten dan ook lokaal vertaald worden. In PZ Gent wordt de rol die een buurtinspecteur in het kader van intrafamiliaal geweld kan opnemen deels overgenomen door de medewerkers van de Dienst Maatschappelijke zorg.
De politie garandeert mij dat de aanpak van intra familiaal geweld in onze politiezone heel bedachtzaam en zorgvuldig werd uitgewerkt. Er is een duidelijke taakverdeling, er zijn verschillende korpsinstructies over dit fenomeen, aangepaste training en korpseigen systemen die de integrale en geïntegreerde aanpak op vlak van onthaal en bejegening van slachtoffers intrafamiliaal geweld waarborgen.
De globale coördinatie gebeurt door de Dienst Maatschappelijke Zorg waar de referentiepersonen IFG werkzaam zijn. Elke dag gaan zij na welke feiten plaatsvonden en of er, naast hetgeen werd gedaan door de vaststellende ploegen, andere initiatieven nodig zijn. De eerstelijnspolitie, dat zijn mensen van de interventiedienst, werkzaam aan het onthaal of medewerkers van de wijkdienst, zijn vaak diegene die het eerste contact hebben met de slachtoffers op het moment van de aangifte of tijdens het behandelen van de noodoproep. Politiepersoneel wordt specifiek opgeleid om op zulke momenten slachtoffers correct te bejegenen.
Op vlak van juridische procedures zijn er ook specifieke richtlijnen vanuit het Parket. Zo kan er bijvoorbeeld beslist worden om een tijdelijk huisverbod uit te spreken of het inzetten van het mobiel stalkingsalarm.
Bij verontrustende situaties wordt de Dienst Maatschappelijke Zorg van de lokale politie onmiddellijk ingeschakeld, onder andere om te zorgen voor opvang. Politie staat in voor het bejegenen van slachtoffers in de meest acute omstandigheden. Eens er meer structurele hulpverlening en ondersteuning moet uitgewerkt worden, wordt naar andere diensten buiten de politie doorverwezen. Dienst Maatschappelijke zorg heeft alle mogelijke adressen en contacten voor een correcte doorverwijzing.
In PZ Gent hebben medewerkers van de wijk een belangrijke rol wanneer er sprake is van verontrustende opvoedingssituaties, dit kan uiteraard gepaard gaan met intra familiaal geweld. Een buurtinspecteur is vaak de eerste politieambtenaar die ook toegang krijgt tot de woning. Verder worden ze ingezet voor een hercontactname met slachtoffers om zich te vergewissen van de situatie na feiten. In 2021 werden zo’n 749 herbezoeken uitgevoerd door de dienst.
We onderschrijven de visie dat een doorgedreven en geïntensifieerde aanpak van intrafamiliaal geweld zich op drie sporen bevindt: er moet naast curatie en handhaving ingezet worden op preventie, én de samenwerking tussen de actoren hulpverlening, politie en justitie moet blijvend versterkt worden.
Vanuit die visie werd het Team Intrafamiliaal geweld, verbonden aan de Dienst Preventie voor Veiligheid, in het leven geroepen. De voorbije jaren hebben ze verschillende campagnes geleverd zoals de gekende broodzakkencampagne met een verwijzing naar de het hulpverleningsnummer 1712. Om de aangiftedrempel te verlagen wordt in de toekomst onder andere verder ingezet op campagnes maar ook op filmpjes op sociale media, opleidingen voor onderwijspersoneel, studiedagen, pakketten voor onderwijs etc.
Met betrekking tot het Family Justice Center was het de opzet van minister Demir om een onderzoek te doen rond een Vlaams model IFG-centra. Een model dat toegankelijk, holistisch, praktisch toepasbaar, onderbouwd en breed gedragen moet zijn.
In januari 2020 droeg de gemeenteraad het college van burgemeester en schepenen op om samen met de Vlaamse overheid en de lokale partners de mogelijkheden te onderzoeken voor de oprichting van een Family Justice Center (FJC) in Gent. Gelijklopend met deze vraag - en met de al aanwezige intentie vanuit team IFG om netwerkpartners in Gent rond de tafel te zetten rond het FJC-vraagstuk -, kwam de melding dat door de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving een onderzoeksteam zou worden aangesteld om een kader uit te werken voor Vlaanderen. Inmiddels zijn de werkzaamheden van het onderzoeksteam in de fase dat een model naar voren wordt geschoven dat dit jaar moet worden uitgerold. Bedoeling is dat er 1 centrum per gerechtelijk arrondissement komt, al zijn meerdere antennes in diverse regio’s niet uitgesloten als lokale partners dit nuttig achten én ze bereid zijn om mee te investeren.
De echte meerwaarde van het toekomstig centrum zit in de samenwerking tussen politie, hulpverlening en justitie. Daarvoor is het echter belangrijk om het nodige draagvlak te vinden en houden bij alle verschillende lokale partners. Dit vraagt nog verder overleg zodat we komen tot een gedeelde visie.
Zelf ben ik overtuigd van de meerwaarde van zo’n centrum. Bij de oprichting van het Zorgcentrum voor Seksueel Gedrag werden de effecten snel duidelijk: het samenbrengen van de verschillende vormen van hulpverlening, de politionele en juridische opvolging werpt héél duidelijk zijn vruchten af. De aangiftebereidheid is sterk gestegen en de slachtoffers worden héél professioneel opgevangen. Ik pleit voor een soortgelijke benadering van het fenomeen Intrafamiliaal Geweld. Ik steun dus alle huidige én toekomstige initiatieven die de aanpak van IFG versterken."
Je kan de volledige tussenkomst van Stijn hier (her)bekijken.