Uitwerpselen van honden bedreigen de biodiversiteit in natuurgebieden

Publicatiedatum

Auteur

Stijn De Roo

Deel dit artikel

Uit de publicatie in het tijdschrift Ecological Solutions and Evidence van de studie ‘Nutrient fertilization by dogs in peri-urban ecosystems’ van twee Gentse bio-ingenieurs verbonden aan de Universiteit Gent blijkt dat honden via hun stoelgang en urine heel wat nutriënten achterlaten in natuurgebieden. Dat kan een negatieve impact hebben op onze lokale biodiversiteit, zo stellen de onderzoekers.

De onderzoekers telden het aantal honden in drie Gentse groenpolen: de Vinderhoutse Bossen, de Gentbrugse Meersen en twee deelgebieden in het Natuurreservaat Bourgoyen-Ossemeersen. Via modellering onderzochten ze verschillende scenario's. Ze concludeerden dat honden via hun uitwerpselen elk jaar gemiddeld 11 kg stikstof en 5 kg fosfor per hectare toevoegen aan deze natuurgebieden. Die grootteorde van bemesting kan schade toebrengen aan de biodiversiteit en de werking van het ecosysteem. Bij het aanlijnen van de hond (overigens wettelijk verplicht) neemt de bemesting volgens de studie af in het grootste deel van het onderzochte gebied, maar vlak langs de wandelpaden bleken honden op jaarbasis maar liefst 175 kg stikstof en 73 kg fosfor per hectare achter te laten. Deze concentraties overschrijden de wettelijke bemestingslimieten voor landbouwgebied - en dat in natuurgebied.

Vlaams volksvertegenwoordiger Stijn De Roo (CD&V) ondervroeg bevoegd minister Zuhal Demir (N-VA) over de studie en over de effecten van stikstof en fosfor die via de uitwerpselen van honden terecht komen in de Gentse groenpolen en over de oplossingen die de minister hiervoor ziet.

Op de vragen van De Roo antwoordde de minister dat in de studie van de UGent 4 natuurgebieden nabij Gent onderzocht werden: de Vinderhoutse bossen, de Meerskant aan de westkant van de Bourgoyen, de spoorwegberm aan de oostkant van de Bourgoyen en de Gentbrugse meersen. De negatieve effecten die een dergelijke bemestingsdruk kunnen geven op de biodiversiteit van deze 4 natuurgebieden, zijn niet effectief ter plaatse gemeten, zodat het niet mogelijk is om op het terrein oorzaak-gevolg relaties aan te wijzen. Zoals het gangbaar is in een wetenschappelijke publicatie, werden de resultaten wel uitvoerig besproken aan de hand van de actueel beschikbare kennis, die door wetenschappelijk onderzoek elders is verzameld. We hernemen hier gedeeltelijk de bespreking van de resultaten uit het artikel.

De auteurs wijzen om te beginnen op het gevaar van de verspreiding van zoönosen, zoals Neospora caninum, door hondenuitwerpselen. De Gentbrugse meersen worden begraasd met runderen om de vegetatie in stand te houden en deze ziekte houdt een risico in voor de gezondheid van de dieren. Maar ook wilde grazers zoals reeën, die bv. voorkomen in de Vinderhoutse bossen, kunnen geïnfecteerd worden.

Daarnaast is er uiteraard het bemestende effect van hondenuitwerpselen en urine (en zelfs vrijgestelde gassen), dat de focus was van de studie. Hiervoor werden een aantal scenario’s doorgerekend. Als hondenpoep en urine verspreid over de onderzochte natuurgebieden achtergelaten worden, resulteert dat in een gemiddelde jaarlijkse bemesting met ongeveer 11 kg stikstof en 5 kg fosfor. Als alle hondenuitwerpselen en urine geconcentreerd in een zone van 2 m langs de paden worden achtergelaten, loopt het bemestende effect in deze zone gemiddeld op tot 175 kg stikstof en 73 kg fosfor per ha. Als de hondenpoep verwijderd wordt en enkel de urine achterblijft in deze zone, blijft gemiddeld nog 77 kg stikstof en 2 kg fosfor per ha achter langs de paden. We mogen ook veronderstellen dat de uitwerpselen meestal niet verwijderd worden, maar de studie bevat hierover geen informatie.

De waarnemingen en berekeningen in de studie van de UGent wijzen uit dat vooral in de twee studiegebieden in de Bourgoyen, zeer hoge hoeveelheden stikstof en fosfor door honden worden achtergelaten, wel grotendeels langs de paden. Deze gebieden met graslandhabitat worden beheerd met een maaibeheer, en het maaibeheer volstaat waarschijnlijk niet om de toevoer van stikstof en fosfor langs de paden het hoofd te bieden. Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat bij dergelijke bemestingsdruk forse grassoorten gaan domineren en kruiden en bloemen sterk achteruit gaan.

De Vinderhoutse bossen zijn boshabitat dat spontaan mag ontwikkelen, d.w.z. er wordt geen of nauwelijks hout weggehaald, wat belangrijk is voor de natuurwaarde. Maar dit betekent ook dat er geen mogelijkheden zijn om door een intensiever beheer de bemestingsdruk door honden te compenseren. De studie wijst uit dat de meeste honden er door het strikte toezicht worden aangelijnd en dat de stikstof en fosfor er dus vooral langs de paden terecht komen. In bossen uit vermesting zich vooral door de toename van bramen, die wijzen op een hoge beschikbaarheid van stikstof, en brandnetels, die daarenboven ook veel fosfor nodig hebben. De toename van bramen en brandnetel kan een achteruitgang van typische bosplanten langs de paden tot gevolg hebben.

De Vlaamse overheid sensibiliseert reeds over de aanlijnplicht en het oprapen van hondenpoep met de campagne ‘Hond aan de lijn, ’t zal wel zijn!’ van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), te zien aan de onthaalpoorten van natuurgebieden en bossen en online. Doel is een betere naleving van de verplichting om honden aan te lijnen in natuurgebieden en bossen. Bovendien worden bezoekers, bijvoorbeeld via het specifieke bordje ‘Poep of snoep?’, aangemoedigd om hondenpoep op te rapen en te deponeren in specifieke hondenpoepbuizen aan hondenzones, in vuilnisbakken aan de onthaalpoorten (als die er zijn), of mee te nemen buiten de natuurgebieden en te deponeren in een vuilnisbak. Hiermee tracht men de problematiek al zoveel mogelijk in te dijken. Dit onderzoek is in de eerste plaats een aansporing om hier verder op in te zetten, in overleg met de terreinbeheerders.

Stijn De Roo: “Uitwerpselen van honden zijn een bedreiging voor de biodiversiteit in natuurgebieden. Sensibilisering blijft nodig: zowel voor het aanlijnen van honden als voor het oprapen van hondenpoep. Het is immers belangrijk dat de biodiversiteit in natuurgebieden behouden blijft!”

Nieuws

Cd&v wil kinderen en jongeren beter beschermen op sociale media

In een nieuw voorstel vraagt cd&v om een ethisch kader te ontwikkelen dat de werking van algoritmes reguleert bij sociale mediagebruik door minderjarigen. Hij wil dat de werking van algoritmes wordt uitgeschakeld bij gebruikers onder 18 jaar, zodat zij een chronologische tijdslijn te zien krijgen. De Roo wil ook de leeftijdsgrens op sociale media (zoals bij TikTok of Instagram vanaf 13 jaar) verstrengen en verruimen zodat die niet meer te omzeilen valt door kinderen die jonger zijn. "Het is niet gezond dat een algoritme, waarover we amper informatie hebben, bepaalt wat (jonge) kinderen te zien krijgen op een schermpje", stelt De Roo.

Gastspreker in Buggenhout

Stijn De Roo was te gast als spreker bij cd&v Buggenhout op de nieuwjaarsreceptie. Een vooruitblik op het politieke landschap van de komende jaren. Meer dan 150 geïnteresseerde aanwezigen toostten op het nieuwe jaar!

 

Dit was Agriflanders 2025

De Vlaamse land- en tuinbouwsector verzamelde in Flanders Expo in Gent voor Agriflanders 2025. Stijn De Roo was vier dagen aanwezig met zijn cd&v-collega's uit het Vlaams en Federaal Parlement.