Vlaams volksvertegenwoordiger Stijn De Roo (cd&v) informeerde bij bevoegd minister Zuhal Demir (N-VA) naar de monitoring van de verbranding van PFAS-houdend afval.
Uit het antwoord van de minister blijkt dat de OVAM het RIVM-rapport op 16 december 2022 overgemaakte aan het kabinet van de minister. Hierbij hoorde ook een analyse van de OVAM over de inhoud van dat rapport.
Uit de OVAM-analyse blijkt dat het RIVM-rapport een goede theoretische onderbouwing heeft, maar dat de toetsing van deze theoretische bevindingen aan de specifieke situatie van Indaver niet correct is gebeurd. Daardoor kan geen correcte uitspraak gedaan worden over de mate van destructie van PFAS in de DTO’s en de verdere verspreiding hierbij van PFAS naar het milieu.
Zo toetst het RIVM aan een verbrandingstemperatuur van 950°C. Dit is weliswaar de vergunde minimale verbrandingstemperatuur, maar de effectieve verbrandingstemperatuur ligt in de Indaver DTO steeds tussen 1000°C-1100°C (gemiddeld 1040°C). Bovendien wordt er, naast de verbrandingstemperatuur, voorbijgegaan aan andere procesparameters die een belangrijke invloed hebben op de destructie-efficiëntie van de aanwezige PFAS zoals verblijftijd en turbulentie, dewelke in een DTO optimaal zijn.
Ondertussen publiceerde het RIVM ook een duiding bij het advies i.v.m. PFAS afvalverwerking en emissies. Met deze duiding wordt het oorspronkelijke advies genuanceerd.
Het Vlaams PFAS-actieplan en het Omgevingshandhavingsplan van de afdeling Handhaving voorzien dat de Omgevingsinspectie instaat voor verhoogd toezicht op de PFAS-emissies bij zowel vergunde als niet vergunde bedrijven in de verschillende milieucompartimenten. Meer concreet betekent dit dat de Omgevingsinspectie handhavingsinitiatieven, zoals terreincontroles bij bedrijven en administratieve controles op de zelfcontrole van bedrijven, organiseert ten aanzien van bedrijven waar PFAS-emissies plaatsvinden en waarbij desgevallend een handhavingstraject wordt geïnitieerd. De Omgevingsinspectie doet dit op basis van een normen- en handelingskader voor ieder milieucompartiment en wanneer nodig aan de hand van dossiergebonden doorgedreven samenwerking tussen verschillende handhavingsactoren. Uiteraard zijn een aantal bedrijven, zoals 3M en Indaver, al geruime tijd onder verhoogd toezicht geplaatst, deze worden door onder andere de Omgevingsinspectie van zeer nabij opgevolgd.
Voor de compartimenten water en bodem bestaan reeds beschikbare meetmethodes (resp. het compendium voor de monsterneming, meting en analyse van water (WAC) en het compendium voor de monsterneming en analyse (CMA)) en een normenkader (resp. VLAREM II en het tijdelijk handelingskader bodem, zoals gepubliceerd in het document ‘Toetsingswaarden voor PFOS en PFOA in bodem en voor PFAS in grondwater’).
Met betrekking tot het compartiment lucht, loopt er momenteel een BBT studie “Technieken ter beperking van PFAS luchtemissies” die in kaart zal brengen bij welke processen PFAS kunnen vrijkomen en waarbij ook een emissienormenkader zal voorgesteld worden. De studie is ver gevorderd en zal nog dit jaar afgewerkt worden. Desalniettemin wordt gefocust in de tussentijd naar de reeds geïdentificeerde bronnen, met name de productiesite 3M en de PFAS-afvalverwerker INDAVER en diffuse met PFAS beladen stofverspreiding.
Naar aanleiding van aanmaningen van de afdeling Handhaving heeft Indaver op 1 maart 2023 een geactualiseerd luchtonderzoeksplan ingediend. Er zijn zowel extra emissiemetingen als depositiemetingen ingepland. Het geactualiseerde onderzoekspan wordt momenteel door de betrokken administraties bekeken en geëvalueerd. Indaver zal tevens een omgevingsonderzoek en risico-analyse uitvoeren. De resultaten van dit onderzoek en deze risico-analyse (op basis van metingen, modellering en toxicologische impactanalyse) dienen tegen 1 mei 2023 te worden voorgelegd.
Er zijn op dit moment in Europa geen gestandaardiseerde meetmethoden voor het meten van PFAS in emissies en immissies naar de lucht. In het kader van de PFAS crisis zijn er door VITO versneld meetmethodes uitgewerkt die op dit moment voor een hele reeks veel voorkomende PFAS betrouwbare meetgegevens kunnen genereren.